Sneeuw- en ijzelbestrijding: winterplan

Met het strooiplan maken we de wegen zo snel en efficiënt mogelijk ijs- en sneeuwvrij aan de hand van een weldoordachte aanpak. Dankzij het strooiplan kunnen we er snel voor zorgen dat bijna alle weggebruikers op relatief korte afstand van hun woning op een bestrooide weg komen.

Als je je afvraagt waarom de gemeente jouw straat niet of later strooit, terwijl we dat wel doen in andere straten, dan is dit een gevolg van het strooiplan en welke fase van het strooiplan geactiveerd is.

Aanpak

Eerst strooien we de hoofdwegen, de wegen voor het openbaar vervoer en de wegen die leiden naar scholen. Daarna pakken we wegen met een secundaire prioriteit aan, dat zijn onder meer minder drukke wegen die een extra risico opleveren omdat ze bijvoorbeeld op een helling liggen.

Het gemeentelijk strooiplan kent 4 fases:

 

 

Deze kan in 2 strooirondes (strooironde tractor en strooironde vrachtwagen) verdeeld worden om sneller in te spelen op de slechte weersomstandigheden.Fase 3 wordt geactiveerd bij voorspelde sneeuwval. Uitzondering hierop vormen de wegen die niet kunnen gestrooid worden wegens te smal om in te rijden, met name: Ijzerwegstraat, Hettelbergweg (verlengde gedeelte), zijwegje in de Overbeekstraat (naar huisnr. 35), zijwegje in de Dennenbosstraat (naar huisnr. 29), zijstraatje in de Bergenstraat (t.o. huisnr. 12), Kattesteeg (gedeelte zijde Kwadestraat) en zijwegje in de Orsmaelstraat (naar huisnr. 18).

 

Bij het activeren van fase 3 wordt vervolgens ook fase 4 ‘Fietspaden’ geactiveerd. * Prioritair wordt gestart met het ruimen van het toeristisch fietspad tussen Budingen en Halen; * Vervolgens komen de verbindingsfietspaden tussen Geetbets, Rummen en Grazen aan de beurt; * Gevolgd door de Kraaistraat, de Biesemstraat, de Borgloonstraat, de Steenweg op Kortenaken en de Glabbeekstraat.

Er wordt niet gestrooid op nieuwe wegen in betonverharding of nieuwe asfaltwegen met borduren en/of kantstroken in ter plaatse gestort beton. In de wegenbouw geldt de regel om deze nieuwe wegen de eerste winter niet met dooizouten te bestrooien omdat nieuwe beton volledig moet uitharden en chemisch ‘tot rust’ moet komen.  Als er toch gestrooid wordt, dan tast dit het beton aan.  Langs deze wegen worden steeds verwittigingsborden geplaatst met ‘geen dooizouten’.

Strooien helpt niet altijd

Verkeer in woonwijken of kleine straten is voornamelijk bestemmingsverkeer. In die straten is er weinig doorgaand verkeer en is de impact op het verkeer beperkter. Bovendien gaat het dooieffect van strooizout verloren bij weinig verkeer in de straat. Strooizout heeft maar maximaal effect als het belast en ingereden wordt door een continue verkeersstroom. Bij een kleine verkeersstroom kan dit zelfs voor gevaarlijke situaties zorgen doordat het smeltwater terug aanvriest en er ijsplekken ontstaan.

Daarom heeft het geen zin om in woonwijken en straten met weinig verkeer te strooien bij ijzel of vorst.

Voetpaden

Het ijs- en sneeuwvrij houden van voetpaden is de verantwoordelijkheid van elke burger. Elke burger is verplicht om het voetpad voor zijn/haar eigen woning ijs- en sneeuwvrij te houden. Zorg er wel voor dat je hierbij de sneeuw niet ophoopt op de fietspaden en dat de rioolputjes vrij blijven.